De huismuizen in Lelystad
Huismuizen in Lelystad (Mus musculus Lelystad)
Algemeen
Huismuizen in Lelystad behoren tot behoren tot het geslacht van de ware muizen. De kenmerken van dit geslacht is dat ze een puntige neus hebben en grote oren.De staart is ongeveer net zo lang als de kop romplengte en het zijn voornamelijk zaadeters daarnaast eten ze ook insecten en andere voedingsmiddelen waar ze mee in aanraking komen. De huismuis verspreid een onaangename geur die erg herkenbaar is we noemen dit ook wel een muskus geur.
Uiterlijk
Huismuizen in Lelystad zijn slank gebouwd en kunnen in kleur verschillen van lichtgrijs tot bruin. Huismuizen in Lelystad die we buiten tegen komen hebben een bruingrijze tot grijze bovenvacht en een witte onderbuik. Huismuizen inLelystad die binnen leven hebben een donkere grijze kleur met een witte onderbuik en lange zwarte haren. De huid is vaak vet en glanzend. De huismuis in Lelystad heeft hele korte poten met achter vijf tenen en aan de voorkant vier tenen. De Snuit van de huismuis in Lelystad is spits en roze en hij heeft lange snorharen de oren zijn groot en zwart van kleur. De huismuis inLelystad heeft knaagtanden die het gehele leven blijven doorgroeien. Doormiddel van knagen houden ze deze op lengte en blijven ze scherp. De staart is schubachtig en heeft ongeveer de zelfde lengte als de muis zelf. De huismuis in Lelystad heeft een scherp gehoor en een slecht zicht.Binnen levende dieren zijn donkerder met een leigrijze buik.
Afmetingen:
lengte kop-romp: 75-100 mm
lengte staart: 75-100 mm
gewicht: 14-32 gram
Leefgebied en verspreiding
Huismuizen in Lelystad hebben zich overal ter wereld verspreid, In Nederland komt hij overal voor waar mensen zijn en met name op plekken waar andere muissoorten minde aanwezig zijn. Ze komen voor in woningen, schuren, winkels en boerderijen. Maar ook in fabrieken, pakhuizen, molens, stallen en zelfs koelhuizen.
Leefwijze en voedsel
Huismuizen zijn vooral in de nacht actief met pieken in de schemering. Op het moment dat er voedselschaarste is kunnen we ze ook overdag aantreffen. Huismuizen zijn goede klimmer, springers en zwemmers een echte atleet dus. Bij onraad gaan de achterpoten omhoog! Dit noemt men zekeren. De huismuis snuffelt met zijn neus in de lucht omdat hij een scherm reukvermogen heeft. Huismuizen hebben een slechte blaas en urineren daarom veel hiermee vind hij ook zijn of haar familie. Huismuizen zien slecht ze en navigeren via hun snorharen. Huismuizen leven in familie verband die waar een pik orde bestaat. Het dominante mannetje is hier de baas. De huismuis heeft een variërend dieet en eet bijna alles fruit en planten worden minder gegeten. De huismuis eet ongeveer 3,5 gram per dag en kunnen overleven zonder water zolang er water in het voedsel zit.
Voortplanting en leeftijd
De huismuis plant zich het gehele jaar voort De Draagtijd bestaat uit 19 tot 21 dagen en er worden dan 4 tot 9 kale blinde jonge geboren. Na enkele dagen gaan hun ogen open en na een week of twee hebben ze snijtanden. De huismuis kent een zoogperiode van 3 ween en daarna gaan ze zelfstandig op pad. Na twee maanden zijn de geslachtsrijp en kunnen ze meedoen aan de voortplanting. Vrouwtjes krijgen 5 tot 10 keer per jaar een nest dus je kan je voorstellen hoe snel dit kan uitlopen op een plaag. Huismuizen worden ongeveer 1,5 jaar oud bij gunstige omstandigheden kan dit langer zijn.
Hoe herken ik of ik huismuizen heb
Vraatsporen
Vraatsporen van de huismuis zijn op veel materialen te vinden, ze knagen echt aan alles om hn tanden scherp te houden.
Uitwerpselen
Uitwerpselen van de huismuis kunnen in grote hoeveelheden worden gevonden. Een muis produceert ongeveer 50 keutels per dag. De keutels zijn cilindervormig en vaak aan een kant puntig. Ze zijn 4-6,5 mm lang en 2-3,5 mm in doorsnee. Vers zijn ze bruin tot groen, oud meestal zwart.
Loopsporen
Loopsporen van muizen in het algemeen zijn meestal moeilijk te determineren door de geringe afmeting en onduidelijk afdruk. De voorvoet van de huismuis is 9 mm lang en 10 mm breed en de achtervoet is 15 mm lang en 12 mm breed. De voorvoet heeft vier tenen en de achtervoet vijf. De prent toont sterk gespreide teentjes (vingervorming). De huismuis beweegt zich meestal voort met een sprongengalop. Huismuizen hebben geen vaste looppaadjes in hun leefgebied; er komen dus geen paadjes of wissels voor.